Portiersloge

De portiersloge markeerde de overgang tussen de buitenwereld en de abdij. Ze werd gebruikt om degenen die het klooster binnenkwamen te verwelkomen en te controleren. Ze bestond uit twee gebouwen, voorzien van twee doorgangen: een voor voetgangers, de andere voor karren. De taak van de portier was tweeledig: de gasten aankondigen bij de abt zodat hij ze persoonlijk kon komen verwelkomen, en anderzijds de armen bijstaan door hen te eten geven en hen de oude kleren en schoenen van de monniken te schenken. Vrouwen mochten de portiersloge niet in. 

Audio-gids